De bevoorrading van de Britse troepen aan de Belgische kust verliep problematisch. De geallieerde overzetboten werden voortdurend aangevallen door duikboten en de door zware kustbatterijen van de Duitsers beschoten. In de nacht van 22 op 23 april 1918 poogde men om de haven van Oostende te blokkeren zodat de Duitsers verplicht zouden zijn om een andere uitvalsbasis te kiezen en dat de geallieerden landinwaarts bevoorraad zouden kunnen worden. De aanval op Oostende mislukte! De Duitsers hadden de seinpunten, zoals de boei van de Stroombank, weggenomen zodat de Britten geen oriëntatiepunten meer hadden. Een aantal torpedoboten in combinatie met de Duitse batterijen zorgden ervoor dat de oude Britse kruisers Sirius en Brilliant, de bedoelde blokschepen, alle twee buiten de havengeul strandden. Diezelfde nacht lukte de blokkade van de haven van Zeebrugge wel!
In de nacht van 9 op 10 mei 1918 ondernamen de Britten voor de tweede keer een poging om de havengeul van Oostende te blokkeren, dit keer met de oude en aangepaste H.M.S. Vindictive (gebouwd 1845) voorop, de meeste van haar kanonnen waren vervangen door houwitsers, mortierwerpers en vlammenwerpers. De HMS Vindictive nam op 23 april al deel aan de raid op Zeebrugge. Ondanks de oplettendheid en voorbereidingen van de Duitsers: de zeedijk werd versperd, de dijk werd uitgedolven om plaats te maken voor mijnenwerpers, het staketsel werd gedeeltelijk opgeblazen, enz. was de verrassing deze keer compleet! Gesluierd door de mist en begeleid door Britse motorboten en vliegtuigen, voer de HMS Vindictive de havengeul binnen. Het schip werd meteen zwaar beschoten, maar de Btitten slaagden er toch nog in om de Vindictive bijna dwars over de havengeul te sturen. Het zware schip zonk gedeeltelijk en de versperring was een feit. Deze raid kostte de Britten 8 doden, 10 vermisten en 29 gewonden.