Op 9 april 2017, op de 100e verjaardag van de Canadese zege bij Vimy Ridge, honoreerden het Canadese ministerie van nationale defensie en de Canadese strijdkrachten hun slachtoffers uit de Eerste Wereldoorlog. De vier divisies van het Canadese Korps vochten hier in 1917 voor de eerste keer zij aan zij en als één formatie! Vimy Ridge ligt in Noord-Frankrijk, 175 kilometer ten noorden van Parijs. Het is een hoge en 7km lange heuvelrug die het landschap domineert. Het veroveren van Vimy Ridge vereiste een zorgvuldige voorbereiding en om de troepen goed te trainen bouwde men zelfs een replica van het slagveld. Omwille van de omvang van de geplande Canadese aanval werden ze er ondersteund door Britse divisies. De slag bij Vimy Ridge begon op paasmaandag, om 5u30 trokken 20.000 Canadese militairen er door ijzel en sneeuw ten aanval. Hoewel de overwinning bij Vimy er snel kwam, toch ging die gepaard met een zware kost. Men telde 10.602 Canadese slachtoffers: 3.598 doden en 7.004 gewonden.
Hier in Vimy konden de Canadese militairen hun vindingrijkheid en hun gevechtsvaardigheden aantonen, de strijd om Vimy Ridge markeerde de volwassenwording van het Canadese leger. Het hier behaalde succes kende onmiddellijk een enorme nagalm op het thuisfront. Na de bloedige, inefficiënte en verwarde veldslagen aan het Westfront, tussen 1914 en 1917, stond de Canadese deelname aan de oorlog in de publieke opinie, vooral in Québec, op losse schroeven. Het enthousiasme van 1914 was weggeëbd! Vimy lag mee aan de basis van het ontstaan van de Jonge Canadese natie. Tijdens de slag bij Vimy verdienden vier Canadezen het Victoria Cross:
Slechts één van hen, kapitein MacDowell, zou de oorlog overleven. Hier in Vimy vochten er in de Canadese rangen ook heel wat First Nations (indianen) mee. First Nations is een etnische term die verwijst naar de inheemse volkeren in Canada die niet behoren tot de Inuit of Métis. Het exacte aanmeldingsgetal is onbekend, maar toch dienden er tijdens de oorlog duizenden First Nations en vochten ze mee in talrijke cruciale veldslagen. Er streden ook mannen van de Inuit en Métis mee in het Canadese leger. Op het Vimy Memorial staan tussen de vele vermisten ook heel wat verdwenen First Nations vermeld.
In 1922 leende de Franse natie het gebruik van het land rond Vimy Ridge voor eeuwig uit aan de Canadese bevolking. Op 26 juli 1936 werd het massieve kalkstenen memorial, gebeeldhouwd door architect Sir Walter Allward, er onthuld door koning Edward VIII en dat in de aanwezigheid van 50.000 of meer Canadese & Franse veteranen en hun families. Voor de deelname aan plechtigheid op 9 april 2017 stuurde Canada ongeveer 100 militairen, behorende tot 58 verschillende Canadese legereenheden, naar Vimy. Tijdens de ceremoniële namiddag werden er op de herdenkingssite, door Franse en Canadese jongeren, duizenden soldatenbottines van de Canadese strijdkrachten geplaatst. Deze representeerden er symbolisch de 3.600 Canadezen die hier sneuvelden gedurende de Slag om Vimy Ridge.
De moderne soldatenbottines die hier in 2017 als zinnebeeld gebruikt werden zijn uiteraard niet dezelfde als honderd jaar terug. De Canadese soldatenbotinnes (Canadian pattern boots) van 1914 voldeden, net zoals veel items van de Canadese kledij en uitrusting in ‘14, niet aan de eisen van het dienstleven aan het front. De zolen van deze botinnes waren in natte omstandigheden gevoelig voor verotting, en de eerste weken die de het eerste contigent Canadezen doorgebrachten op Salisbury Plain in Zuid- Engeland behoorden juist tot de natste in de geschiedenis van de regio. In 1916 werden bij de troepen die in opleiding waren in het Verenigd Koninkrijk de in Canada geproduceerde botinnes vervangen door Brits schoeisel, dat gebeurde meestal wanneer ze naar het Continent werden overgebracht. Toen droegen de Britse onderofficieren en manschappen de British B5 Black ankle boot. Deze bottine kwam ergens tussen 1915 en 1916 in gebruik bij het Britse reguliere leger en ook bij Kitchener’s leger. Oorspronkelijk werd de B5-ankle boot in bruin leder gemaakt en uitgedeeld, maar door het gebruik van was, schoensmeer en door het vuil en de modder werden de boots zwart, dus besloot men om de bottines te gaan vervaardigen in zwart leder. Het bovenste deel van de Britse soldatenbottines was gemaakt uit zwaar leder en met de ruwe kant naar buiten gedraaid, die buitenzijde werd dan ingewreven met olie. De bottine werd ook gekenmerkt door zijn brede top, daarnaast had de ankle boot een lederen zool die beslagen werd met metalen studs (schoenzool spijkers). Met dergelijke boots moesten de Britse troepen heel wat kilometers afleggen! De Britse officieren droegen meestal ofwel bruine lederen bottines of bruine lederen laarzen die ze zelf moesten aankopen, er bestonden diverse modellen. Maar ook Canada introduceerde ondertussen een nieuw model van bottines, die werd bekend als de 1915 Canadian Variety Boot. In de onderwater gelopen loograven of dug-outs werden ook wel rubberen lieslaarzen of gewone laarzen gedragen maar die werden niet algemeen uitgereikt, de infanteristen droegen meestal en in alle omstandigheden hun B5-ankle of variety boots.